BURGERCOÖPERATIES: EN WIE GAAT DAT BETALEN?

Crowdfunding, fonds of toch subsidie

‘En wie gaat dat betalen?’ Voor een nieuwe burgercoöperatie betekent deze vraag soms al het begin van het einde. Het bedenken van een oplossing voor een sociaal vraagstuk of het motiveren van een bewonersgroep vraagt immers heel andere vaardigheden dan het opzetten en runnen van een gezonde financiële huishouding. Toch heeft een groeiend aantal initiatieven aangetoond dat burgers prima in staat zijn alle aspecten van een coöperatie zelf te runnen, inclusief de financiën.

Of het nu gaat om het onderhouden van een buurtbosje, het renoveren van een dorpshuis of het opzetten van een energiecoöperatie: op een zeker moment is er geld nodig. Soms voor eenmalige uitgaven, soms voor structurele kosten, waarbij de benodigde bedragen enorm kunnen verschillen. Het is niet altijd vanzelfsprekend wie dat geld uiteindelijk moet opbrengen. Idealiter regelen burgers alles zelf binnen de coöperatie: zo blijven de lijntjes kort, hebben de leden inspraak en hoeft er alleen binnen de organisatie verantwoording afgelegd te worden.

In de praktijk zijn echter lang niet alle burgercoöperaties in staat zelf de financiële last te dragen. Sommige projecten zijn simpelweg te groot en te ambitieus. Daarbij is het niet altijd eerlijk om bewoners zelf voor de kosten op te laten draaien: initiatieven pakken vaak grote sociale problemen aan, waar de volledige gemeenschap baat bij heeft. Het is hierbij zaak een balans te vinden tussen enerzijds subsidie en anderzijds de eigen bijdrage van de leden. Bovendien zit er tussen deze twee uitersten nog een heel scala aan mogelijkheden, waarbij een coöperatie zich zelden beperkt tot slechts één inkomstenbron.

Welke mogelijkheden zijn er?

Er bestaat geen blauwdruk ‘hoe een bewonerscoöperatie te financieren’. Iedere situatie vraagt om een eigen oplossing. Hieronder volgt een aantal financieringsmogelijkheden, van de geijkte klassiekers tot de nieuwkomers.

Contributie

Beheer en verantwoordelijkheid liggen binnen het eigen initiatief. Een structurele inkomstenbron; veel leden betekent veel inkomsten. Inkomsten zijn beperkt tot wat de leden willen en kunnen bijdragen. Weinig leden betekent vaak ook weinig inkomsten.

Conclusie: Geschikt voor kleine en/of gesloten projecten (toegang beperkt tot leden) of als aanvullende inkomstenbron.

Ledencertificaten of aandelen

Leden kunnen een aandeel of ledencertificaat kopen en zijn zo mede-eigenaar. Goede mogelijkheid om een startkapitaal bij elkaar krijgen. De coöperatie is afhankelijk van het aantal leden dat een aandeel wil kopen.

Conclusie: Geschikt voor het opzetten van een startkapitaal. Wel belangrijk om in de statuten vast te leggen hoe de coöperatie omgaat met het uitgeven van aandelen.

Crowdfunding

Alle geïnteresseerden kunnen naar eigen inzicht een bijdrage doen. Werkt via een internetplatform; via sociale media worden veel potentiële donateurs/investeerders bereikt. Een succesvolle crowdfundingcampagne geeft aan dat er ook maatschappelijk draagvlak is voor het initiatief. Het opzetten van een PR-offensief is niet voor iedereen weggelegd. Succes is niet gegarandeerd.

Conclusie: Vooral geschikt voor het opzetten van een startkapitaal. Affiniteit met netwerken en sociale media is een must. Zie onder andere: crowdaboutnow.nl, kickstarter.com, geldvoorelkaar.nl.

Overheidssubsidie

Helpt grote sociale projecten op te starten, voorkomt dat goede initiatieven niet van de grond komen wegens geldgebrek. Burgers moeten zich verantwoorden tegenover de overheid, wat de essentie van een burgerinitiatief kan aantasten. Is strijdig met het doel van bezuinigingen.

Conclusie: Geschikt voor maatschappelijk relevante projecten en/of als eenmalige bijdrage voor het opstarten van initiatieven.

Revolving fund

Stimuleert eigen initiatief en zelfstandigheid van coöperaties. Initiatieven worden geholpen in de opstartfase en kunnen daarna op eigen benen staan. Het alternatief voor subsidies: de overheid kan investeren of garant staan en krijgt in principe het ingelegde bedrag weer terug. De balans binnen een revolving fund – waarbij leningen kortlopend zijn en het circuleren van geld essentieel is – raakt snel verstoord, waardoor de pot leeg raakt. Initiatieven zonder inkomstenbron kunnen hier geen aanspraak op maken.

Conclusie: Geschikt voor het stimuleren van initiatieven met verdienmodel. Fonds moet zorgvuldig beheerd worden en er wordt een zekere mate van professionaliteit van de coöperatie verwacht.

DOWNLOAD NU

BURGERCOÖPERATIES IN OPKOMST