‘We moeten initiatieven niet uit handen nemen’

René Scherpenisse, directeur van woningcorporatie Tiwos

De Tilburgse woningcorporatie Tiwos in Tilburg betrekt bewoners actief bij woningbouw en -beheer. Ook wijkondernemingen worden omarmd.

Wat is de rol van woningcorporaties bij het stimuleren van wijkondernemingen?
‘Wijkondernemingen kunnen een belangrijke bijdrage leveren aan het “revitaliseren van een wijk”. Er is de laatste tijd veel discussie of woningcorporaties daarin expliciet een rol moeten spelen. Ik ben daar voorstander van en zie drie taken voor een corporatie. Ten eerste is zij uiteraard verantwoordelijk voor de bouw en het onderhoud van woningen: de “stenen” moeten in orde zijn, dat is onze kerntaak. Daarnaast stimuleren we de sociale cohesie in buurten. Een wijk functioneert beter als er sprake is van saamhorigheid en binding. In de derde plaats hebben corporaties baat bij een gezonde economische ontwikkeling van een wijk. Dat beperkt zich niet tot het rechtstreeks bevorderen van bedrijvigheid, maar betekent ook aandacht besteden aan bijvoorbeeld de schoolresultaten van leerlingen. Wijkondernemingen kunnen een stevige bijdrage leveren aan deze laatste twee rollen.’

Kunt u een voorbeeld geven van een succesvol initiatief?
‘In Tilburg werden vijf buurtcentra gesloten in wijken waar we nogal wat woningen beheren. In twee daarvan stonden bewoners op om sluiting te voorkomen. Er kwamen haalbare plannen voor de exploitatie. Samen met de bewonersgroep bespraken we wat we konden doen om te helpen, zonder dat we de subsidiërende rol van gemeenten overnamen. Dat heeft er toe geleid dat we nu een ruimte huren in het centrum om spreekuur te houden met onze huurders. Met de huursom kunnen de bewoners de exploitatie rondkrijgen.’

Heeft Tiwos regels voor het steunen van wijkondernemingen?
‘Nee, godzijdank niet. Voordat je het weet gaat het alleen nog maar over het ontwikkelen van beleid en verlies je het mooie, originele initiatief uit het oog. Laat het spontaan blijven en ga alsjeblieft niet te veel formaliseren.’

Wat bepaalt het succes van burgerinitiatieven zoals een wijkonderneming?
‘Cruciaal is dat het initiatief uit bewoners zelf komt en… van hen blijft. We moeten initiatieven niet uit handen nemen. Wijkvernieuwingsprojecten waarbij de bewoners de kar trekken, verlopen het beste. In het eigenaarschap, daar zit de grote crux. Het is belangrijk dat “het” van iemand is, niet alleen juridisch, maar ook in moreel opzicht. Dit aspect maakt vanzelfsprekend onderdeel uit van elke wijkonderneming en is dé succesfactor om buurten beter te laten functioneren.’

Wat staat het ontstaan van meer wijkondernemingen momenteel in de weg? Is het de regelgeving?
‘Eerlijk gezegd hebben wij niet zo’n last van die regels. Wat een veel groter obstakel is, is het consumentisme van burgers. Die houding van… “ik betaal belasting of ik betaal huur en dus moeten ZE het maar regelen”. Langzaam is deze houding erin geslopen en daar moeten we vanaf. Dat proces van dehospitaliseren zal enige tijd vragen en gaat twee kanten op. Ook onze eigen mensen schieten te vaak en te snel in de verzorgingsstand. We moeten leren eerder tegen bewoners te zeggen: “U moet zelf die rotzooi in uw flat opruimen”. Kans is groot dat er daardoor vervolgens minder op te ruimen valt.’